Eerste hulp bij vaak voorkomende sportletsels

Tijdens het voetballen, hockeyen of tennissen wordt er al eens getrokken of geduwd. Meestal zonder veel erg, maar wat als de sporters (per ongeluk) te hard van stapel lopen? Of wat als je kind valt tijdens het sporten? Dan zorgen wij ervoor dat je precies weet wat te doen bij vaak voorkomende sportletsels!

Verstuikingen

We spreken van een verstuiking als de bewegingsmogelijkheid van een gewricht overschreden wordt. De botuiteinden blijven ter plaatse ten opzichte van elkaar. Bij een verstuiking worden de gewrichtsbanden uitgerekt of scheuren ze, wordt het gewrichtskapsel soms beschadigd en lopen soms ook de omgevende bloedvaten, zenuwen en andere weefsels schade op. Het slachtoffer heeft bij een verstuiking pijn ter hoogte van het verstuikte gewricht en kan dit gewricht moeilijk gebruiken. Op de plaats van de verstuiking kunnen er zwelling en blauwverkleuring optreden.

Dit doe je!

Zorg voor veiligheid

  • Adviseer het slachtoffer om het getroffen lidmaat zo weinig mogelijk te bewegen: vraag hem om zelf de hand of arm stil te houden tegen de borst of laat hem niet op de voet steunen aan de kant van het letsel.

Beoordeel de toestand van het slachtoffer

  • Ga na wat er mis is met het slachtoffer. Controleer niet zelf de beweeglijkheid van het gewricht. Vraag het slachtoffer het getroffen gewricht niet te bewegen.
  • Raadpleeg gespecialiseerde hulp als je een verstuiking vermoedt en de pijn niet overgaat na het koelen, of als je twijfelt over de ernst van het letsel.

Verleen de eerste hulp

  • Als het gaat om een verstuiking van de bovenste ledematen, verwijder dan eventuele ringen. De vingers kunnen later immers opzwellen.
  • Als het gaat om een verstuiking van de onderste ledematen, laat het slachtoffer dan zelf zijn schoen uittrekken. Hij voelt immers het best wat het comfortabelst is.
  • Koel het letsel maximaal 20 minuten af met ijsblokjes in een zakje water of een koelzakje om zwelling en pijn te beperken. Houd tijdens het afkoelen het ijs niet rechtstreeks tegen de huid, maar wikkel er eerst een handdoek of andere doek rond. Neem een dunne handdoek (bijvoorbeeld een keukenhanddoek), gezien een dikke handdoek de koude minder goed doorlaat. Als je geen ijs hebt, gebruik dan koud water.
  • Onderbreek het afkoelen als het slachtoffer er hinder van ondervindt. Als de pijn weer opkomt, mag je opnieuw koelen, op voorwaarde dat de huid weer een normale temperatuur heeft.
  • Breng een steunverband aan als het slachtoffer dat, in functie van de pijn, toelaat. Dat kan steun geven, en de pijn en het verder opzwellen van de getroffen regio beperken.

Het is in de eerstehulpverlening vaak moeilijk het verschil te zien tussen een botbreuk, een ontwrichting, een kneuzing of een ernstige verstuiking omdat de symptomen gelijkaardig kunnen zijn. Bij twijfel ga je daarom het best uit van de ergste situatie.

Bloedneus

Als één of enkele (kleine) bloedvaatjes in de neus scheuren, kan een slachtoffer bloeden uit de neus. Bij een bloedneus druipt of loopt het bloed uit de neus. Het kan ook in de keelholte lopen. Als het slachtoffer bloed heeft ingeslikt, kan hij zich misselijk voelen.

Dit doe je!

  • Zorg voor veiligheid en trek wegwerphandschoenen aan.

  • Ga na wat er mis is met het slachtoffer.

  • Raadpleeg gespecialiseerde hulp als:
    • de bloedneus na 10 minuten (tweemaal 5 minuten) dichtknijpen nog steeds niet gestelpt is;
    • de oorzaak van de bloedneus een slag of stoot is, zodat de arts kan nagaan of er nog andere letsels zijn (bijvoorbeeld een breuk van het neusbeen);
    • de bloedneus erger wordt of gepaard gaat met andere symptomen (hoofdpijn, bloeduitstorting rond de ogen …);
    • de toestand van het slachtoffer ernstig wordt of hij het bewustzijn verliest.

  • Verleen verdere eerste hulp:
    • Laat het slachtoffer zitten. Vraag hem om het hoofd lichtjes voorovergebogen, leeshouding, te houden.
    • Vraag het slachtoffer om door de mond te ademen.
    • Laat het slachtoffer niet de neus snuiten.
    • Vraag het slachtoffer om de neusvleugels 5 minuten ononderbroken dicht te knijpen, net onder het harde gedeelte van de neus. Het slachtoffer moet enkel de neusvleugel toeknijpen aan de zijde waaruit de neus bloedt. Als dat niet duidelijk is, laat dan de beide neusvleugels dichtknijpen.
    • Controleer na 5 minuten of de bloeding gestelpt is. Als dat niet het geval is, vraag dan om de neus opnieuw 5 minuten dicht te knijpen.
    • Als de bloeding gestelpt is, maak dan de buitenkant van de neus en waar nodig het gezicht voorzichtig schoon met water. Adviseer om het even rustig aan te doen, om de eerste uren de neus niet te snuiten, niet in de neus te peuteren en de neus zo weinig mogelijk bruusk te bewegen.
    • Trek je wegwerphandschoenen uit en was je handen na het verlenen van de eerste hulp.

 

Blauwe plekken

Bij een slag of stoot kunnen de onderhuidse weefsels beschadigd raken en bloeden. Als er geen open wonde is, hoopt het bloed zich op onder de huid. Aanvankelijk voelt de gekneusde zone zacht aan, maar na verloop van tijd zie je het donkere bloed onder de huid als een blauwrode plek. Na geruime tijd stolt het bloed waardoor je een harde knobbel voelt. De kleur van de vlek verandert eerst naar blauwzwart om dan geleidelijk bruingeel te verkleuren. Daarna verdwijnt de vlek helemaal.

Dit doe je!

  • Zorg voor veiligheid.

  • Ga na wat er mis is met het slachtoffer. Vraag hem of hij ook andere klachten heeft, zoals hoofdpijn, duizeligheid, ademhalingsmoeilijkheden of buikpijn. Deze kunnen wijzen op een ernstig inwendig letsel.

  • Raadpleeg gespecialiseerde hulp als:
    • er bijkomende klachten zijn;
    • het slachtoffer grote of vaak voorkomende blauwe plekken heeft op verschillende plaatsen van het lichaam;
    • de toestand van het slachtoffer achteruitgaat.

  • Verleen eerste hulp door de plaats van de kneuzing maximaal 20 minuten af te koelen met ijsblokjes in een zakje water of een koelzakje om zwelling en pijn te beperken. Houd tijdens het afkoelen het ijs niet rechtstreeks tegen de huid, maar wikkel er eerst een handdoek rond. Neem een dunne handdoek (bijvoorbeeld een keukenhanddoek), gezien een dikke handdoek de koude minder goed doorlaat. Als je geen ijs hebt, gebruik dan koud water.

 

Hoofdwonde

Omdat de hoofdhuid dun is en goed voorzien van bloedvaten, bloedt een hoofdwonde vaak fel. Dit zorgt ervoor dat de wonde er meestal erger uitziet dan ze is. Als de wonde zich in de behaarde hoofdhuid bevindt, verspreidt het bloed zich tussen de haren en begint het te stollen. Daardoor is het meestal niet gemakkelijk om te bepalen op welke plaats de wonde zich bevindt.

Dit doe je!

  • Zorg voor veiligheid door je handen te wassen en wegwerphandschoenen aan te trekken.

  • Beoordeel de toestand van het slachtoffer door na te gaan wat er mis is en het bewustzijn te controleren. Open de luchtweg en controleer de ademhaling als dat nodig is. Ga na wat de ernst van de hoofdwonde is. Een hoofdwonde is onder meer ernstig als de wonde veroorzaakt werd door een zware slag op het hoofd, als er een voorwerp in de wonde zit, als de bloeding niet gestelpt kan worden, als het gezicht verwond is of als het gaat om een wonde die dieper gaat dan de huid. Het slachtoffer loopt in deze gevallen risico op een hersenletsel.

  • Raadpleeg gespecialiseerde hulp als:
    • het gaat om een ernstige hoofdwonde (waarbij je bijvoorbeeld vermoedt dat de hoofdwonde gehecht moet worden);
    • het slachtoffer zich onwel voelt na het ongeval of als zijn toestand verslechtert;
    • je twijfelt.

  • Alarmeer de hulpdiensten via het telefoonnummer 112 als:
    • het slachtoffer bewusteloos is, een verminderd bewustzijn heeft of bewusteloos is geweest;
    • er een hevige kracht op het hoofd van het slachtoffer heeft ingewerkt;
    • je een schedelbreuk of wervelletsel vermoedt.

  • Verleen verdere eerste hulp:
    • Als het slachtoffer een lichte hoofdwonde heeft, verzorg deze dan zoals elke andere huidwonde.
    • Een ernstige hoofdwonde spoel je net met water of een ontsmettingsmiddel. Onder de wonde kan immers een open schedelbreuk aanwezig zijn. Laat een losse huidflap liggen op het hoofd en leg een licht drukken verband aan met kompressen en een zwachtel.
    • Als het slachtoffer een buil heeft, koel deze dan maximaal 20 minuten af met ijsblokjes in een zakje water of een koelzakje om zwelling en pijn te beperken. Houd tijdens het afkoelen het ijs niet rechtstreeks tegen de huid, maar wikkel er eerst een handdoek of andere doek rond. Neem een dunne handdoek gezien een dikke handdoek de koude minder goed doorlaat. Leg het ijs niet op de bloedende wonde.
    • Onderbreek het afkoelen als het slachtoffer er hinder van ondervindt. Als de pijn weer opkomt, mag je opnieuw koelen, op voorwaarde dat de huid weer een normale temperatuur heeft.
    • Blijf het slachtoffer observeren. Ga na of zijn toestand verslechtert.
    • Trek je wegwerphandschoenen uit en was je handen na het verlenen van de eerste hulp.

Botbreuk

Een botbreuk kan zowel open als gesloten zijn. We spreken van een open botbreuk als het lidmaat een wonde vertoont ter hoogte van de botbreuk. Er is bloed te zien. Het gebroken bot kan zichtbaar zijn, maar dit is niet noodzakelijk zo. We spreken van een gesloten botbreuk als er geen wonde te zien is op de plaats van de botbreuk.

Dit doe je!

  • Zorg voor veiligheid
    • Adviseer het slachtoffer om het getroffen gewricht of lidmaat zo weinig mogelijk te bewegen. Vraag hem om zelf de hand of arm stil te houden tegen de borst of laat hem niet op de voet steunen aan de kant van het letsel.
    • Trek wegwerphandschoenen aan als het gaat om een open botbreuk.
    • Beweeg het lidmaat zo weinig mogelijk bij de hulpverlening. Zet nooit een gewricht of lidmaat in een abnorale stand, opnieuw recht.

  • Beoordeel de toestand van het slachtoffer
    • Ga na wat er mis is met het slachtoffer. Controleer niet zelf de beweeglijkheid van het gewricht of lidmaat. Vraag het slachtoffer het getroffen gewricht of lidmaat niet te bewegen.

  • Raadpleeg gespecialiseerde hulp
    • Als het slachtoffer een gesloten botbreuk heeft aan de bovenste ledematen. Je kan dit slachtoffer eventueel zelf naar het ziekenhuis brengen. Alarmeer de hulpdiensten via het telefoonnummer 112 als je twijfelt.
    • Alarmeer de hulpdiensten als het slachtoffer een open botbreuk heeft aan de bovenste ledematen, of een botbreuk heeft aan de onderste ledematen. De hulpverleners beschikken over speciaal materiaal waarmee ze een slachtoffer dat een botbreuk heeft, kunnen vervoeren.

  • Verleen verdere eerste hulp
    • Open botbreuk
      • Stelp de eventuele bloeding door voorzicht rechtstreeks op de wonde te drukken. Beweeg hierbij het lidmaat niet.
      • Als het gaat om een botbreuk van de bovenste ledematen, verwijder dan eventuele ringen. De vingers kunnen later immers opzwellen.
      • Dek een open botbreuk af met een niet-verklevend steriel kompres, of een steriel kompres dat je vooraf vochtig maakte (met water of met een waterig, niet-verkleurend waterig ontsmettingsmidddel als je geen water ter beschikking hebt). Zo blijft het kompres makkelijk liggen en kleeft het niet in de wonde.
      • Leg geen ijs op een open botbreuk.
      • Trek je wegwerphandschoenen uit en was je handen na het verlenen van de eerste hulp.
    • Gesloten botbreuk
      • Als het gaat om een botbreuk van de bovenste ledematen, verwijder dan eventuele ringen. De vingers kunnen later immers opzwellen. Breng een draagdoek aan over beide schouders van het slachtoffer als hij dat, in functie van de pijn, toelaat. Dat kan steun geven en de pijn beperken.
      • Een botbreuk kan gepaard gaan met letsels van de omgevende weefsels. Koel, in afwachting van gespecialiseerde hulp, het letsel maximaal 20 minuten af met ijsblokjes in een zakje water of een koelzakje om zwelling en pijn te beperken. Houd tijdens het afkoelen het ijs niet rechtstreeks tegen de huid, maar wikkel er eerste een handdoek of andere doek rond. Neem een dunne handdoek, gezien een dikke handdoek de koude minder goed doorlaat. Als je geen ijs hebt, gebruik dan koud water.
      • Onderbreek het afkoelen als het slachtoffer er hinder van ondervindt. Als de pijn weer opkomt, mag je opnieuw koelen, op voorwaarde dat de huid weer een normale temperatuur heeft.

 

Help! Eerste hulp voor iedereen



Heb je thuis graag alle kennis binnen handbereik? Ons nieuwe handboek 'Help! Eerste hulp voor iedereen' is duidelijk, overzichtelijk en staat vol handige tips. Het boek geeft de recentste eerstehulprichtlijnen weer, en brengt je helemaal ‘up to date’. Een schaafwonde of een verstuiking? Buikpijn of een insectensteek? Het boek legt je aan de hand van vier duidelijke stappen uit wat je moet doen bij meer dan driehonderd letsels en aandoeningen. 

Titel: Help! Eerste hulp voor iedereen (handboek)
Bestelnummer: 010869
ISBN-nummer: 9789068910216
Type: handboek (896 blz.)
Prijs: 39 euro
Te koop via onder andere Bol.com