Hun grootste wens? Terugkeren naar hun (t)huis!

Het geweld in Oost-Aleppo blijft sinds enkele dagen toenemen. Hierdoor zijn al meer dan 30.000 mensen gevlucht, maar verwacht wordt dat duizenden anderen hun voorbeeld zullen volgen. Marianne Gasser van het Internationale Rode Kruiscomité (ICRC) verblijft momenteel in Aleppo en getuigt over de chaos ter plekke.

De mensen die vluchten nemen immense risico's. Overal zitten sluipschutters en zijn explosies en artillerievuur te horen. 

Het ICRC en de Syrische Rode Halve Maan (SARC) doen daarom nogmaals een oproep aan alle betrokken partijen in het conflict om de bevolking te beschermen. Het Rode Kruis kreeg ondertussen wel toegang tot Masaken Hanano, één van de districten in Oost-Aleppo, om er de leefomstandigheden na te gaan voor mensen die willen terugkeren wanneer het geweld gaat liggen.

"De plek is helemaal verlaten en alles is vernietigd. Toch blijft het voor veel mensen hun grootste wens om ooit terug te keren naar hun eigen huis," zegt Gasser. Momenteel worden de gevluchtte burgers ondergebracht in twee grote opvangplaatsen waar het ICRC en SARC zorgen voor water, sanitair, voeding en dekens. Er zijn ook mobiele medische teams aan het werk om gewonden, zieken en ondervoede mensen te behandelen. Sinds 27 november konden deze teams al meer dan 2.500 mensen helpen.

"We zien hier ieder uur honderden mensen toekomen. Ze zijn allemaal in shock, moe en zitten vaak onder het stof. Het is echt hartverscheurend," verklaart Gasser.