Humanitaire ‘airdrops’

Internationaal humanitair recht (IHR) geeft bescherming aan personen die niet (meer) deelnemen aan de vijandelijkheden. Dit is in de eerste plaats de burgerbevolking. Hun basisbehoeften moeten tijdens gewapende conflicten gegarandeerd blijven.   

Humanitaire hulpverlening

De verantwoordelijkheid tot het leveren van de levensnoodzakelijke goederen valt in de eerste plaats op de partij(en) bij het gewapend conflict onder wiens controle de burgers zijn. Indien deze partijen niet (meer) in staat zijn om deze verantwoordelijkheid na te komen, dan moeten ze snel en een ongehinderde toegang van humanitaire hulpverlening, die onpartijdig is en zonder onderscheid wordt toegekend, toestaan en faciliteren.

De partijen bij een gewapend conflict moeten de vrijheid van beweging garanderen van geautoriseerde humanitaire hulpverleners. Deze bewegingsvrijheid is noodzakelijk voor de uitoefening van hun taken. Enkel in geval van onvermijdelijke militaire noodzaak mag hun bewegingsvrijheid tijdelijk ingeperkt worden.

Het recht van humanitaire toegang is een afgeleide van het verbod op uithongering als methode van oorlogsvoering. Goederen die noodzakelijk zijn voor overleven mogen niet van de burgers ontnomen worden.

Het Internationale Rode Kruiscomité (ICRC) is een neutrale, onpartijdige en onafhankelijke humanitaire organisatie met als taak om op strikt neutrale en onpartijdige wijze bescherming en hulp te bieden aan de slachtoffers van gewapende conflicten. Dit omvat het bezorgen van voedsel, water en medische hulpverlening aan burgers die geen toegang hebben tot deze basisvoorzieningen.

Bij het verlenen van hulp maakt het ICRC steeds een eigen beoordeling van de situatie. Het ICRC gaat ook maar ter plaatse nadat zij goedkeuring gekregen hebben van alle partijen bij het gewapend conflict die actief zijn in het gebied waarin zij hulpgoederen willen gaan leveren.

Humanitaire ‘airdrops’

Humanitaire toegang verkrijgen blijft echter moeilijk in bepaalde situaties. Daarom verkiezen humanitaire organisaties soms om over te gaan tot humanitaire ‘airdrops’ (luchtdroppingen). Dat is het leveren van hulpgoederen vanop een bepaalde hoogte over een bepaalde zone.

Humanitaire luchtdroppingen kunnen een hulp zijn wanneer bepaalde gebieden niet toegankelijk zijn voor hulpverleners door:

  • een gebrek aan infrastructuur;
  • klimatologische redenen die een gebied tijdelijk onbereikbaar maken;
  • veiligheidsrisico’s.

Zo is het ICRC in Zuid-Soedan (2014) overgegaan tot luchtdroppingen voor gebieden die door het regenseizoen niet meer toegankelijk waren. Het ICRC benadrukt echter dat dit een doordachte keuze moet zijn en dat volgende richtlijnen in rekening genomen moeten worden aangezien er toch logistieke en veiligheidsrisico’s verbonden zijn aan luchtdroppingen.

Bevoorrading via de lucht als laatste redmiddel

Partijen bij een conflict zouden humanitaire luchtdroppingen maar moeten overwegen als laatste redmiddel en dus enkel wanneer de getroffen bevolking niet bereikbaar is per land. Humanitaire hulpverleners maken zowel voor als na een verdeling van hulpgoederen een beoordeling van de noden van de bevolking. Wanneer de getroffen bevolking niet bereikbaar is per land, is het moeilijk om een adequate nodenanalyse te maken. Verder kunnen bij luchtdroppingen niet alle goederen geleverd worden omdat deze door de val beschadigd zouden worden. Een derde moeilijkheid is het feit dat gespecialiseerde piloten noodzakelijk zijn om dergelijke luchtdroppingen uit te voeren.  

‘Doe geen kwaad’

Een centraal principe van hulpverlening is: ‘doe geen kwaad’ (‘do no harm’). Het risico op ongewilde schade is groter bij de keuze voor luchtdroppingen in vergelijking met hulpverlening via de grond. Men denkt dan vooral aan het ongecontroleerd leveren van voedsel aan mensen die ondervoedingsverschijnselen vertonen, of waar er bepaalde gezondheidsrisico’s zijn. Deze bekommernissen moeten in rekening genomen worden wanneer men overweegt gebruik te maken van humanitaire luchtdroppingen.

Onpartijdige hulpverlening

Zoals vermeld moet humanitaire hulpverlening op een onpartijdige manier verleend worden. Bij luchtdroppingen is het niet altijd controleerbaar dat de goederen terechtkomen bij de personen waarvoor ze bestemd zijn. Zeker in belegerde gebieden vormt dit een extra risico. De loutere perceptie dat hulpverlening niet onpartijdig gebeurt kan ernstige gevolgen hebben voor de hulpverlening in het verdere conflict.

Geen vervanging voor humanitaire toegang

Humanitaire luchtdroppingen mogen geen vervanging zijn van humanitaire toegang op de grond. Hulpverlening op het terrein is beter om grondige beoordelingen uit te voeren van de noden, voor het gericht leveren van hulpgoederen en voor het bieden van psychologische ondersteuning. Humanitaire hulpverlening draait niet alleen om het ter plaatse brengen van hulpgoederen, maar ook om het herstellen van de hoop en menselijke waardigheid door contact met de buitenwereld. Burgers uit Madaya, Syrië, benadrukten in januari van dit jaar nog hoe belangrijk het contact met de ICRC afgevaardigden voor hen is. Met de afgevaardigden kunnen praten en hen aanraken is even belangrijk, als de materiële ondersteuning die ze kwamen bezorgen.

Conclusie

Humanitaire luchtdroppingen kunnen op korte termijn een hulp bieden, maar zijn op lange termijn geen oplossing wanneer partijen bij het conflict de humanitaire toegang bemoeilijken. Ongehinderde humanitaire toegang op het terrein is noodzakelijk om effectieve hulp te kunnen bieden. 

Meer artikels van deze expert