Al Mahdi veroordeeld voor de vernietiging van culturele goederen

Het Internationaal Strafhof (het Hof) heeft Ahmad Al Faqi Al Mahdi (Al Mahdi) veroordeeld tot negen jaar cel voor de vernietiging van culturele goederen in Timboektoe (Mali). Al Mahdi was lid van de gewapende groepering Ansar Dine in Mali.

Dit is de eerste zaak voor het Internationaal Strafhof waarin de vernietiging van culturele goederen centraal stond.

Mali en de bevoegdheid van het Hof

Mali ratificeerde het Statuut van Rome op 16 augustus 2000 en verwees de situatie in het land sinds januari 2012 door naar het Hof. De aanklager oordeelde dat er voldoende grond was om een onderzoek te voeren naar oorlogsmisdaden in Timboektoe (Mali), waaronder moord, foltering en onmenselijke behandeling, verkrachting, plunderingen en het vernietigen van religieuze en culturele goederen. Op 18 september 2015 werd er een aanhoudingsbevel uitgevaardigd voor Ahmad Al Faqi Al Mahdi. Op 26 september 2015 werd hij overgedragen aan het Hof en deze week deed het Hof een uitspraak.

Oordeel van het Hof

Het Hof oordeelde dat de bewijzen aangebracht voldoende waren om te oordelen dat de aanklachten boven elke redelijke twijfel bewezen zijn. Het Hof oordeelt dat Al Mahdi, in zijn hoedanigheid van commandant van de Hesbah, onderdeel van Ansar Dine, verantwoordelijk was voor het uitvoeren van de vernietiging van verschillende mausolea en een moskee. Het Hof veroordeelde Al Mahdi tot een gevangenisstraf van negen jaar. 

Strafbepaling

Voor de strafbepaling hield het Hof rekening met (1) de ernst van de misdaad, (2) de aanrekenbaarheid van de vernietiging aan Al Mahdi en (3) individuele omstandigheden.

(1)   De ernst van de misdaad

Timboektoe wordt aanzien als het hart van Mali’s cultureel erfgoed. De mausolea reflecteerden delen van de geschiedenis van Timboektoe en haar rol in de uitbreiding van de Islam. De inwoners van Timboektoe gebruikten de sites voor hun dagelijkse religieuze belevingen en als bedevaartoord. Ze zorgden collectief voor het in stand houden van dit patrimonium. De symbolische en emotionele waarde van het patrimonium voor de inwoners werd door het Hof meegenomen in de beoordeling van de ernst van de misdaad.

9 van de 10 sites zijn erkend als UNESCO Werelderfgoed en duidt aan dat dit patrimonium niet alleen van grote culturele waarde is voor de inwoners van Timboektoe zelf, maar ook voor alle inwoners van Mali en de internationale gemeenschap.

De religieuze motieven die meespeelden in de vernietiging van de mausolea en moskee werden door het Hof ook meegenomen in de redenering.

De aanvallen op de 10 sites waren zorgvuldig gepland en duurde 10 dagen, met als gevolg dat het merendeel van de 10 sites volledig vernietigd zijn en de andere ernstig beschadigd.

Verder oordeelde het Hof dat Al Mahdi misdaden tegen ‘goederen’ pleegde en niet tegen ‘personen’. Ook al behoren de misdaden waarover het Hof moest oordelen tot de ernstigste misdaden van het internationaal recht, toch worden misdaden tegen goederen als minder ernstig beschouwd dan misdaden tegen personen.

(2)   Schuld toerekenbaar aan Al Mahdi

Al Mahdi heeft, als hoofd van de Hesbah, volgens het Hof een essentiële rol gespeeld in de uitvoering van de aanvallen op de culturele goederen. Initieel was Al Mahdi geen voorstander van de vernietiging van de mausolea, maar toen hij toch de opdracht kreeg toegewezen aanvaardde hij deze zonder twijfel.

Volgens het Hof was het Al Mahdi die:

  • bepaalde wanneer en hoe de aanvallen moesten plaatsvinden;
  • de middelen verzamelde en verdeelde waarmee de aanvallen moesten uitgevoerd worden;
  • aanwezig was tijdens de aanvallen en morele ondersteuning gaf;
  • deelnam aan de aanvallen en persoonlijk verantwoordelijk is voor de vernietiging van minstens vijf sites;
  • verantwoordelijk was voor de communicatie over de rechtvaardiging van de aanvallen naar journalisten.       

Op de eerste dag van zijn proces bekende Ahmad al-Faqi al-Mahdi schuld. Hij toonde berouw voor het vernietigen van de culturele erfgoederen.

(3)   Individuele omstandigheden

Als derde onderdeel houdt het Hof rekening om individuele omstandigheden eigen aan de zaak, die niet gerelateerd zijn aan de ernst van de misdaad en de toerekenbaarheid van schuld aan Al Mahdi.

Het hof oordeelde onder andere dat de leeftijd en economische achtergrond van Al Mahdi irrelevant zijn voor de strafbepaling. Verder wil het Hof geen gewicht geven aan het feit dat Al Mahdi een academicus is en religieus expert.

Het feit dat Al Mahdi goed heeft meegewerkt tijdens het proces en van in het begin schuld heeft bekend, dit ondanks veiligheidsrisico’s voor zijn familieleden, neemt het Hof wel in rekening bij de bepaling van de strafmaat. Het Hof oordeelt dat Al Mahdi zijn verantwoordelijkheid neemt ten aanzien van de daden. Zijn medewerking heeft er voor gezorgd dat elementen in de zaak verduidelijkt konden worden en zorgde voor een versnelde afhandeling van de zaak.


Wil je meer weten over het Internationaal Strafhof lees dan hier verder. 
Wil je meer weten over de bescherming van culturele goederen, lees dan hier verder .

 

 

Meer artikels van deze expert